Broeders en zusters van elkaar
gepubliceerd: donderdag, 30 januari 2014
Paus Franciscus heeft bij het begin van het nieuwe jaar een krachtige oproep gedaan tot meer vrede en gerechtigheid in deze wereld. Hij wierp daarbij de vraag op: “Wat houdt ons bij elkaar?” Is het de politiek? Nauwelijks, die leeft vaak juist van tegenstellingen. Is het de economie? Ook niet, die maakt mensen en volken vaak juist tot concurrenten. Paus Benedictus had ooit al gezegd: “Globalisering maakt ons tot buren, niet tot broeders en zusters”. We weten het natuurlijk wel: het is alleen de liefde. Als we elkaar niet meer kunnen zien en beminnen als broeders en zusters, dan valt een samenleving uit elkaar, dan is er geen band meer die alle tegenstellingen tussen volken en culturen overstijgt.
Zodra Petrus Jezus uit het oog verliest, zinkt hij. Ook een samenleving die zich losmaakt van God, zal zinken.
Schilderij: Petrus loopt op het water
Ivan Aivazovsky’s, 1888.
Alleen God maakt ons ten diepste broeders en zusters van elkaar, benadrukt Franciscus: “Werkelijke broederschap onder de mensen veronderstelt een transcendent Vaderschap”. Jezus zelf heeft ons dat al voorgehouden: “Ge hebt maar één Vader en allen zijt ge broeders en zusters”. Je hebt een Vader. Je wordt bemind met een liefde die de liefde van aardse ouders oneindig te boven gaat. Je bent kind van God. Dat is een revolutionaire gedachte, die geen enkele andere religie durft te denken. God is mens geworden, opdat wij het vermogen zouden krijgen kinderen van God te worden. Door de menswording van Jezus hebben wij die unieke waardigheid verkregen en zijn we ten volle broers en zussen geworden van elkaar. Of je die waardigheid ook daadwerkelijk realiseert, hangt af van je geloof, je leven, je vrijheid. Als dat besef je wezen doordringt, kun je je ook heel diep met anderen verbonden voelen.
Ik heb een broer - hij is helaas vorig jaar overleden - die dat ooit heel sterk ervaren heeft. Het was tijdens een reis naar Egypte, jaren geleden. Hij moest naar een politiebureau voor de afwikkeling van een formaliteit. Terwijl hij daar op een bankje zat te wachten, trok een karavaan van ellende aan hem voorbij. Een armoedige man in handboeien, letterlijk trillend van angst voor het bureau van een commandant, die hem ongeïnteresseerd liet wachten. Een moeder die huilend achter haar zoontje aanliep dat door agenten naar binnen gesleept werd... Hij zei dat hij bijna een uur lang op dat bankje in stilte heeft zitten huilen, alsof het hemzelf betrof en zich nog nooit zo verbonden gevoeld heeft met al die mensen.
Mededogen en gebed
Dit is wat paus Franciscus probeert voor te leven. Hij waarschuwt dat we soms dreigen te verharden. Er is zoveel leed dat via de media aan ons voorbijtrekt. Onbewust sluiten we ons af en worden onverschillig. Of we trekken ons terug in onze eigen kleine veilige wereld. Als je echter de ander uit het oog verliest, verlies je uiteindelijk ook God uit het oog. Dat geldt ook omgekeerd: als je God uit het oog verliest, dan droogt de liefde in je op en begin je te zinken. Een Bijbelvertelling maakt dat goed duidelijk. De apostelen zijn met de boot op het meer. Dan zien ze hoe Jezus over het water naar hen toe komt lopen. Petrus roept enthousiast uit: “Heer, zeg me dat ik over het water naar U toe kom lopen”. Jezus houdt wel van zo’n onbevangen geloof en zegt: “Kom maar”. Petrus loopt daadwerkelijk over het water, maar dan ziet hij de hoge golven, verliest Jezus uit het oog en begint te zinken. Zo is het ook met ons, en zelfs met onze wereld: ook een samenleving die zich losmaakt van God, zal zinken.
Dat is wat in onze tijd en cultuur ontbreekt. Veel mensen leven zonder God of leven alsof God niet bestaat. Zijn woord en wet lijken niet meer relevant voor de waarden en normen in onze maatschappij. We bedenken ze zelf wel en beseffen niet dat dat geen stand houdt. Wil het vrede blijven, dan zullen we terug moeten naar God en zijn gerechtigheid. Terug naar een diep besef dat we in Christus kinderen zijn van God en broeders en zusters van elkaar. “We zijn in staat elkaar lief te hebben dankzij God die ons het eerst heeft liefgehad”, schrijft Paulus.
De liefde, en daarmee uiteindelijk ook de vrede, is een gave van God die je verkrijgt in de mate waarin je met Hem verbonden bent. Een gave ook die je verkrijgt door gebed. Het is de hoogste tijd om God weer een prominente plaats te geven in ons eigen leven, onze maatschappij en in ons gebed, opdat de vrede ons niet ontglipt. Zonder God en gebed staan ook vredestichters en politici machteloos. Moge Maria, Koningin van de vrede, Moeder van God en Moeder van alle mensen en volkeren, daarin onze machtige Voorspreekster zijn.
+ Mgr. dr. Jozef M. Punt
Bisschop van Bisdom Haarlem-Amsterdam