Woensdagcatechese 5 februari 2025
Algemene audiëntie paus Franciscus

Op woensdag 18 december 2024 is paus Franciscus begonnen aan een cyclus van woensdagcatecheses over het Jubeljaar 2025. Deze catecheses zijn in diverse talen beschikbaar op de website van het Vaticaan maar hieronder plaatsen we de link naar de Engelse tekst en voor uw gemak ook een AI vertaling naar het Nederlands. (deze AI vertaling kan onregelmatigheden bevatten)
Paus Franciscus
Algemene Audiëntie
Publiekszaal
Woensdag 5 februari 2025
De onderstaande tekst bevat delen die niet hardop zijn voorgelezen, maar wel als zodanig moeten worden beschouwd.
Catechesecyclus - Jubileum 2025
Jezus Christus, onze hoop
I. De kindertijd van Jezus
4. « Zalig zijt gij die geloofd hebt » (Lc 1:45)
De Visitatie en het Magnificat
Beste broeders en zusters, goedemorgen!
Vandaag zullen we de schoonheid van Jezus Christus, onze hoop in het mysterie van de Visitatie, overdenken. De Maagd Maria bezoekt de heilige Elisabeth; maar het is vooral Jezus, in de schoot van zijn moeder, die zijn volk bezoekt (vgl. Lc 1:68), zoals Zacharias zegt in zijn lofzang.
Na de verbazing en verwondering over wat haar door de engel is aangekondigd, staat Maria op en gaat op reis, zoals al degenen die in de Bijbel geroepen worden, want "de enige daad waarmee de mens kan reageren op God die aan hem geopenbaard wordt, is die van onbeperkte bereidwilligheid" (H.U. von Balthasar, Vocation, Rome 2002, 29). Deze jonge dochter van Israël kiest er niet voor om zichzelf te beschermen tegen de wereld; ze is niet bang voor gevaren en de oordelen van anderen, maar gaat naar andere mensen toe.
Wanneer we ons geliefd voelen, ervaren we een kracht die liefde in beweging zet; zoals de apostel Paulus zegt, “de liefde van Christus drijft ons” (2 Kor. 5:14), het drijft ons, het beweegt ons. Maria voelt de duw van deze liefde en gaat een vrouw helpen die haar familielid is, maar ook een oudere vrouw die, na lang wachten, een onverhoopte zwangerschap verwelkomt, die moeilijk te verwerken is op haar leeftijd. Maar de Maagd gaat ook naar Elizabeth om haar geloof in de God van het onmogelijke en haar hoop op de vervulling van Zijn beloften te delen.
De ontmoeting tussen de twee vrouwen heeft een verrassende impact: de stem van Maria, “vol van genade”, die Elizabeth begroet, wekt de profetie op in het kind dat de oudere vrouw in haar schoot draagt, en inspireert in haar een dubbele zegen: “Meest gezegend zijt gij onder de vrouwen, en gezegend is de vrucht van uw schoot!” (Lc. 1:42). En ook een zaligspreking: “Zalig zijt gij die geloofd hebt dat wat u door de Heer gesproken is, vervuld zou worden” (v. 45).
Geconfronteerd met de erkenning van de messiaanse identiteit van haar Zoon en haar missie als moeder, spreekt Maria niet over zichzelf maar over God en verheft ze een lofzang vol geloof, hoop en vreugde, een lied dat elke dag weerklinkt in de Kerk tijdens het gebed van de vespers: het Magnificat (Lc 1,46-55).
Deze lofzang op God de redder, die opwelde uit het hart van zijn nederige dienares, is een plechtige herdenking die het gebed van Israël samenvat en vervult. Het is verweven met bijbelse resonanties, een teken dat Maria niet “uit het koor” wil zingen, maar zich wil afstemmen op de voorvaderen, haar mededogen voor de nederigen verheerlijkend, de kleinen die Jezus in zijn prediking “zalig” zal verklaren (vgl. Mt 5,1-12).
De prominente aanwezigheid van het paasmotief maakt het Magnificat ook tot een hymne van verlossing, die als achtergrond de herinnering aan de bevrijding van Israël uit Egypte heeft. De werkwoorden staan allemaal in het verleden, doordrenkt met een herinnering aan de liefde die het heden verlicht met geloof en de toekomst verlicht met hoop: Maria zingt over de genade van het verleden, maar zij is de vrouw van het heden die de toekomst in haar schoot draagt.
Het eerste deel van dit lied prijst Gods handelen in Maria, een microkosmos van het volk van God dat zich volledig aan het verbond houdt (vv. 46-50); het tweede gaat over het werk van de Vader in de macrokosmos van de geschiedenis van Zijn zoon (vv. 51-55), via drie sleutelwoorden: herinnering, genade, belofte.
De Heer, die zich boog voor de nederige Maria om "grote dingen" in haar te vervullen en haar de moeder van de Heer te maken, begon Zijn volk te redden vanaf de exodus, herinnerend aan de universele zegen die aan Abraham was beloofd (vgl. Gen. 12:1-3). De Heer God, die trouw is voor altijd, heeft een ononderbroken stroom van barmhartige liefde “van eeuw tot eeuw” (v. 50) over het volk loyaal aan het verbond uitgestort, en nu manifesteert hij de volheid van de verlossing in Zijn Zoon, gezonden om het volk te redden van hun zonden. Van Abraham tot Jezus Christus en de gemeenschap van gelovigen, verschijnt het Pascha zo als de hermeneutische categorie om elke daaropvolgende bevrijding te begrijpen, tot aan die welke door de Messias in de volheid van de tijd werd gerealiseerd.
Beste broeders en zusters, laten we de Heer vandaag om de genade vragen om te kunnen wachten op de vervulling van elk van Zijn beloften; en om ons te helpen Maria’s aanwezigheid in ons leven te verwelkomen. Door haar voorbeeld te volgen, mogen we allemaal ontdekken dat elke ziel die gelooft en hoopt “het Woord van God ontvangt en verwekt” (Sint Ambrosius, Uitleg van het Evangelie volgens Lucas 2, 26).
Gerelateerde nieuwsberichten | ||
woensdag, 19 februari 2025 | Woensdagcatechese 19 februari 2025 | |
woensdag, 12 februari 2025 | Woensdagcatechese 12 februari 2025 | |
woensdag, 29 januari 2025 | Woensdagcatechese 29 januari 2025 | |
woensdag, 22 januari 2025 | Woensdagcatechese 22 januari 2025 | |
woensdag, 18 december 2024 | Woensdagcatechese 18 december 2024 |