Bisdom Haarlem-Amsterdam









Een tijdelijk thuis voor Oekraïners in nood

Bij Onze Lieve Vrouw ter Nood

gepubliceerd: vrijdag, 24 februari 2023

Onder­staand artikel komt uit bisdom­blad SamenKerk van maart 2023 dat vanaf 2 maart verkrijg­baar is in alle paro­chie­kerken van het bisdom.

Oekraïners vóór het Diocesaan heiligdom van Onze Lieve Vrouw ter Nood te HeilooOp 24 februari vorig jaar viel Rusland zijn buurland Oekraïne binnen. De oorlog leidde sindsdien tot een spoor van verwoes­ting met duizen­den mili­tai­re en bur­gerslacht­of­fers. De gevolgen van deze oorlog wor­den we­reld­wijd gevoeld. Ook kwam er een ongekende vluch­te­lingen­stroom op gang. In diverse lan­den wer­den Oekraïense vrouwen, mannen en kin­de­ren, vaak complete ge­zin­nen, op­ge­van­gen. Ook in ons land. Zoals in het Juliana­kloos­ter in Heiloo. Daar wer­den twee slaapzalen geschikt gemaakt voor nood­op­vang. SamenKerk sprak met Veronica (37) en Julia (32), die samen met hun kin­de­ren en hun moe­der al bijna een jaar in het Juliana­kloos­ter ver­blij­ven.

Na de Russische inval eind februari vorig jaar maakten angst en onrust zich meester van de inwoners van Oekraïne. De Russische bombarde­menten waren angstaanjagend, het verblijf in de schuilkel­ders, de verwoes­ting van gebouwen en ver­nie­ti­ging van men­sen­le­vens lieten hun sporen na. Na een aantal weken oorlog besloot Veronica met haar zoon te vluchten naar haar broer in Warschau (Polen). Ze moesten alles achterlaten en kon­den slechts een beperkt aantal per­soon­lijke spullen mee­ne­men. De reis van Kyiv naar Warschau (ruim 800 km) duurde in totaal drie dagen, omdat de trein werd vastge­hou­den aan de grens, drie lange dagen zon­der eten of water. Omdat haar broer maar over een kleine woning beschikt, probeerde Veronica een eigen woon­plek in Polen te vin­den, maar er waren al zoveel Oekraïense vluch­te­lingen zodat dit moei­lijk bleek. Ook waren de huur­prij­zen inmiddels torenhoog. Van­wege haar werk voor een inter­na­tio­naal bedrijf was Veronica al meer­dere keren in het bui­ten­land geweest, waar­on­der Neder­land. Ze besloot om naar ons land af te reizen.

Naar Neder­land

De moe­der van Veronica en Julia, Natalia, bleef in die begin­pe­rio­de in Oekraïne maar de situatie werd steeds slechter. Ook zij besloot het land en het oorlogs­ge­weld te verlaten. De oma van Veronica en Julia bleef echter in Oekraïne achter; zij is 84 jaar oud en wilde niet vluchten.

Na aan­komst in Neder­land wer­den Veronica, haar zoonen haar moe­der eerst in Den Haag op­ge­van­gen. Via het Rode Kruis hebben ze diverse opvang­plekken bezocht en in maart 2022 werd de familie in het hei­lig­dom in Heiloo verwelkomd. Haar halfzus Julia arri­veerde ongeveer een maand later, samen met haar twee zoontjes.

Opvang in Heiloo

Het was enorm wennen om met allerlei onbeken­den samen te moeten leven op een tweetal slaapzalen in het Juliana­kloos­ter. Om de mensen wat privacy te geven, waren er provisorische afschei­dingen geplaatst tussen de bed­den van de diverse families, waarbij sanitair en de huis­ka­mer wor­den gedeeld. Dat je onge­vraagd met meer­dere families dag en nacht een kleine ruimte moet delen, leverde wel eens wat problemen op. Nog los van het feit dat veel vluch­te­lingen getraumatiseerd waren en er de eerste tijd geen dagbeste­ding was. Al snel wer­den er echter allerlei ac­ti­vi­teiten opgestart en werd de opvang meer ges­truc­tu­reerd met hulp van diverse vrij­wil­li­gers en organi­sa­ties. De reactie vanuit de inwoners van Heiloo en omringende plaatsen was hart­ver­war­mend. Er wer­den diverse goe­de­ren, kle­ding, kin­derspeel­goed en schoenen in groten getale naar het gas­ten­huis gebracht. Verder boden diverse sport­clubs, kappers, kle­ding­zaken en Caritasin­stel­lingen gratis hun diensten aan.

Lang­zaam kwam er meer structuur in het leven van de vluch­te­lingen en men raakte meer en meer aan elkaar en aan de mede­wer­kers en vrij­wil­li­gers van het hei­lig­dom gewend. Veronica: “Ondanks alles wat we hebben mee­ge­maakt en onze zorgen over de oorlog thuis kwam steeds sterker het besef van dank­baar­heid. We zijn hier veilig, we hebben een dak boven ons hoofd, te eten en te drinken.”

Blijven of terug?

“De oorlog is altijd
in onze gedachten.
We staan er bij wijze
van spreken mee
op en gaan ermee
naar bed.”

Veronica en Julia hebben inmiddels aar­dig hun draai gevon­den in Neder­land. Julia werkt parttime in de keuken van het Juliana­kloos­ter. Veronica heeft in eerste instantie ge­pro­beerd een baan te zoeken in de modebranche, waarin ze voor de oorlog in Oekraïne werk­zaam was. Maar ondanks het feit dat ze de Engelse taal beheerst, is het spreken van de Neder­landse taal be­lang­rijk. Ze heeft zich inmiddels inge­schre­ven bij de Kamer van Koop­handel want ze wil hier haar eigen bedrijf starten als kapster. Ze is gediplomeerd kapster en heeft begin dit jaar de beno­digde ma­te­ri­alen aangeschaft. Zo wil Veronica en haar zoon aan hun toe­komst in Neder­land bouwen. Julia wil echter zodra het kan, terug naar Oekraïne. Julia’s man Pavel is nog steeds in Oost-Oekraïne en daar werk­zaam bij de spoorwegen. Julia: “Hij ver­voert per trein wapens naar het front.” Ze verlangt zeer naar hem en haar thuis in Oekraïne. De moe­der van Julia en Veronica, die in Oekraïne in de psychiatrie werkte, heeft sinds enkele maan­den een baan gevon­den in Beverwijk in de assemblage van elektrische fietsen. Ze wil kunnen voor­zien in haar eigen on­der­houd, maar ook in het on­der­houd van haar moe­der die is achter­ge­ble­ven.

Iedere dag

Elke morgen starten de zussen steevast met het openen van social media en het laatste nieuws wordt op de voet gevolgd. De angst om fami­lie­le­den en vrien­den werpt een schaduw over de dag. Veronica en Julia voelen zich vaak mach­te­loos en proberen waar ze kunnen te helpen. Bijna weke­lijks wor­den goe­de­ren en tweede­handskle­ding die de dames inzamelen, naar familie en vrien­den in Oekraïne verzon­den. Veronica: “De oorlog is altijd in onze gedachten. We staan er bij wijze van spreken mee op en gaan ermee naar bed. Vanuit Neder­land voelen we ons heel verant­woor­de­lijk voor onze familie, die nog in Oekraïne is. We proberen hen zo veel als moge­lijk te helpen.”

En de toe­komst?

Het is moei­lijk om naar de toe­komst te kijken. Op dit moment is het te gevaar­lijk om terug te gaan en de dames zijn ont­zet­tend dank­baar met wat zij nu hebben en waar ze zijn. Deze zomer zullen ze moge­lijk kunnen ver­hui­zen naar een eigen woning in de omge­ving van Heiloo. En daar kijken ze enorm naar uit.





Bisdom Haarlem - Amsterdam • Postbus 1053 • 2001 BB  Haarlem • (023) 511 26 00 • info@bisdomhaarlem-amsterdam.nlDisclaimerDeze website is gerealiseerd door iMoose