Drugspastoraat naar het Noorden
Op 27, 28 en 29 oktober reisde het Drugspastoraat naar de provincie Friesland voor een pelgrimstocht naar het noorden. Met twaalf mensen bezochten ze onder andere de Bonifatiuskapel, waar ze het verhaal van een van de eerste missionarissen in onze streken hoorden. Een deelnemer schreef onderstaand verslag.
Verslag van een excursie naar Friesland
Op vrijdag 26 oktober vertrok om even na tien uur de groene bus van GROEN/GRIJS naar Jannum vanuit Amsterdam. In Jannum werd hard gewerkt om de vier huisjes klaar te maken voor de gasten. De tafel was uitnodigend gedekt. Na aankomst op de kleine parkeerplaats, kuierden de deelnemers vol verwachting het weggetje op naar de terp van Jannum. Daarachter lagen de huisjes verscholen.
De pastores legden uit dat het thema van het weekend van 'Brak naar Bron' was. De verschillende lagen in de flessen moesten de aarde verbeelden zoals Bonifatius die ook aantrof in Dokkum. Hij boorde naar zoet drinkwater en vond dit ook. Het is maar net welke bron je aanboort, enkele meters verderop was het water echter brak. De vraag die met ons meeging was: 'Welke bron boor jij aan?'
Ruurd Wiersma vond zijn bron op zestigjarige leeftijd door te gaan schilderen. Hij schilderde op de muren in zijn huisje alle jaargetijden. Wij kregen een rondleiding door twee enthousiaste vrijwilligers op vrijdagmiddag in Burdaard. Na de thee, kookten wij in kleine groepjes de maaltijd. Trots werd het eindresultaat naar het grootste huisje gebracht waar wij aan de lange tafel genoten van onze kookkunsten. Iedereen hielp mee. Ook de afwas werd zonder problemen weggewerkt.
Het eeuwenoude kerkje werd door ons met kaarsjes verlicht. Wij luisterden naar een lied uit Taizé. ‘Als alles duister is, ontsteek dan een lichtend vuur’, zo klonk het door het middeleeuwse kerkje. Een moment van bezinning. Terug in het huisje werden spelletjes gespeeld of er werd gekleid.
Zaterdag
Op zaterdag begonnen wij de dag met een ochtendgebed en een gesprek over de bron van je leven. Wij zaten in een kring en inspireerden elkaar met inzichten over het aanboren van onze persoonlijke bronnen.
Nadat Anneke en Aldert, de eigenaren van de huisjes die ons ter beschikking waren gesteld, zich bij ons hadden aangesloten stapten we de bus in naar Dokkum en werden daar gastvrij ontvangen door Peter. Ondanks de kou genoten wij van de enorme kapel die door het initiatief van Titus Brandsma was gebouwd. Wij bekeken de film, dronken koffie en aten onze lunchpakketjes op. Tijdens het lopen van de kruisweg, in het park naast de kapel, was het droog en konden wij met elkaar in gesprek gaan over het lijden van Jezus en hoe wij dit in verband brachten met ons eigen leven.
Er ontstonden mooie gesprekken en inzichten. Op het moment dat het weer begon te regenen waren wij net klaar met de wandeling. Wij gingen weer in de bus, dit keer naar Oostmahorn, waar een omgebouwd vrachtschip voor ons klaar lag. Els en Jelle ontvingen ons hartelijk met koffie en cake. Jelle vertelde boeiend terwijl hij over het Lauwersmeer voer. Het stationaire gebrom van de motor maakte ons rozig. Terwijl Jelle ons bijpraatte over het dichten van de Lauwerszee, de zandplaten en de aalscholvers, zaten wij ontspannen in onze stoelen naar buiten te kijken. Anneke en Aldert trakteerden ons op bitterballen tijdens de tocht.
Toen wij terugkeerden naar onze huisjes kregen wij allemaal weer een opdracht: één groepje moest oefenen voor het bibliodrama, de andere groepjes gingen koken. Om acht uur moesten wij ons melden in de kerk.
Daar wachtte ons een concert van 'The Old Pipers', een optreden wat zijn weerga niet kent. Wij genoten van de mooie liederen die ten gehore werden gebracht. Wat een feest! En dat in dezelfde kerk waar wij de dag daarvoor nog hadden gebeden. Zo hoort een kerk te zijn! Wij dansten letterlijk op de eeuwenoude graven en genoten van de muziek en het enthousiasme!
Zondag
De volgende dag waren wij om half tien in de kerk van Ferwert. Daar hadden wij een groot aandeel in de kerkdienst. Weer spraken wij over onze bronnen, wij staken kaarsjes aan zoals wij dat in Amsterdam gewend waren te doen. De gemeente van Ferwert reageerde warm en hartelijk. Na afloop gaven wij hen tulpenbollen als klein aandenken aan deze bijzondere dienst.
Na een kop soep, die wij van enkele gemeenteleden kregen aangeboden, togen wij naar een naburige boerderij. De jonge, knappe boer kreeg de ene vraag na de andere op zich afgevuurd. Onze gasten genoten en aaiden de koeien over hun kop.
Thuis zat Anneke op ons te wachten met koffie en oranjekoek. Wij zaten weer om de tafel en bespraken het resultaat van ons weekend. De reacties waren ontroerend en hartelijk. Vol verhalen en met goede moed vertrokken we weer terug naar Amsterdam. Het was een weekend om niet snel te vergeten.