Hoogfeest van de Openbaring des Heren (C)
Zondag 6 januari 2013
gepubliceerd: donderdag, 3 januari 2013
“Toen dan Jezus te Bethlehem in Juda geboren was ten tijde van koning Herodes, kwamen er te Jeruzalem Wijzen uit het oosten en vroegen: Waar is de pasgeboren koning der Joden? Want wij hebben zijn ster in het oosten gezien en zijn gekomen om Hem onze hulde te brengen.” (Mt.2,1‑2)
Wij kennen het begrip koning niet meer zo. In onze landen is de koning veeleer een samenbindend element in een veelheid van subculturen. Hij vertegenwoordigt het volk, niet op grond van een keuze die het gedaan heeft, maar om erfelijke redenen.
In België houdt de koning een land bijeen dat sterk verdeeld is langs taalgrenzen, in Nederland is die verdeeldheid niet minder sterk, maar dan vooral in regio’s en overtuigingen.
Een koning in traditionele zin is de leider van een cultureel, etnisch en taalkundig homogene gemeenschap.
Zo is de koning der Joden eerst en vooral de leider van het volk dat de ene God, Jahwe, aanbidt en dat zijn etnische verwantschap terugvoert op de aartsvaders Abraham, Izaäk en Jacob. Maar zoals het uitverkoren volk wordt omgevormd tot de hele oecumene die erkent dat Jezus de Messias is, zo wordt de Heer van de geschiedenis zelf zijn Koning.
Gods ingrijpen in de geschiedenis is niet spectaculair. De roeping van Abraham, de keuze van de herdersjongen David, het zijn vanuit ons perspectief kleine gebeurtenissen, zo klein dat velen in de verleiding komen om ze niet als historisch te zien, maar ze anders te duiden. En toch is het voor het verstaan van de menswording van het grootste belang om de heilsgeschiedenis wel als geschiedenis te waarderen, een feitelijkheid die vele andere feiten pas in een begrijpelijk licht plaatst.
Daar in Jeruzalem kruisen de heilsgeschiedenis en de ‘grote’ geschiedenis elkaar. Ineens is de geboorte van de Verlosser niet langer een zaak van ‘alleen maar’ herders: nee, er komen priesters van verre, sterrenwichelaars van Mesopotamië, de legende wil zelfs: van Ethiopië, het verre land achter Arabië. Ze hebben het teken van de nieuwgeboren koning aan de hemel gezien. Zoals zijn dood gepaard zal gaan met een totale verduistering, zo wordt zijn geboorte bekend door een licht dat straalt aan de hemel.
Het wonderlijkste van deze geschiedenis is, dat de wijzen, eenmaal aangekomen bij de plaats waar de Heilige Familie verblijft, voor het Kind op de knieën vallen en Het aanbidden.
Daarom zijn zij heilig, mensen die God herkennen, Hem aanbidden en zijn weg gaan. Dat is dus niet de weg van Herodes. De heilsgeschiedenis gaat voortaan de Weg die Christus is.
wp