Vastenbrief: Barmhartigheid doen
Het belang van de dienst van de liefde
Voorleesversie van de brief van de Nederlandse bisschoppen voor de Veertigdagentijd.
Klik hier voor de uitgebreide versie (PDF)
Hierbij ook de vastenboodschap van de paus (PDF)
Barmhartigheid doen
Het belang van de dienst van de liefde
Elk jaar leest de Rooms-katholieke Kerk op de eerste zondag van de veertigdagentijd hoe Jezus door Gods Geest naar de woestijn gedreven wordt. Daar gaat Hij de confrontatie aan met de verleidingen waaraan mensen zijn blootgesteld. Ter voorbereiding op Pasen, waarin we vieren dat het leven vanuit God het kwaad, het lijden en de dood overwint, laten gelovigen zich vanouds in zijn spoor figuurlijk de woestijn in drijven. Zij bezinnen zich op de situatie waarin zij zich bevinden en willen zich opnieuw laten zenden door de boodschap van de Heer: ‘Bekeert u en gelooft in de Blijde Boodschap’ (Marcus 1, 15).
Angst en onzekerheid
Velen in Nederland zijn bang voor de toekomst: wat staat ons te wachten in deze tijd van crisis? Zij voelen zich verweesd en in de steek gelaten, juist ook door personen en instanties waarvan zij anders verwachten. De Kerk blijft hierbij niet buiten schot, we hebben het onlangs nog op een ingrijpende en schokkende manier gemerkt.
In die situatie schudt de boodschap van het evangelie ons wakker, trekt ons weg uit onze fixatie op onszelf en verplaatst het perspectief naar God en zijn Rijk. Zichtbaar wordt dat het volle leven, met het oog waarop God alles heeft geschapen, als vitale, zij het vaak verborgen kracht, in onze wereld werkzaam is. En midden in de gebrokenheid van ons bestaan vieren wij met Pasen hoe God in Jezus ons als Verlosser nabij gekomen is, hoe Hij de dood en het kwaad overwint. Daarom kunnen wij ons afkeren van de krachten die ons neerdrukken en de machten die ons dreigen te vernietigen, kunnen wij ons toekeren naar en meewerken met deze kracht van God! Maar hoe?
Kracht van de liefde
Met een directheid die nog altijd als een schok kan werken, schrijft Johannes dat indien iemand zegt dat hij God liefheeft, maar onverschillig staat tegenover het lot van anderen, zij of hij ‘een leugenaar’ is. ‘Want als hij zijn zuster of broeder die hij ziet niet liefheeft, kan hij God niet liefhebben die hij nooit heeft gezien (1 Johannes 4, 20). De apostel Paulus noemt in deze lijn de liefde ‘een weg die verheven is boven alles’ (1 Korinte 12, 31).
Naar christelijke overtuiging is God zelf liefde, betrokkenheid, barmhartigheid. ‘Waar liefde is en genegenheid, daar is God’, zingt de Kerk vanouds op Witte Donderdag, de vooravond van de gedachtenis van Jezus’ lijden en dood: Ubi caritas et amor, Deus ibi est. Gods liefde is de weg ten leven, ook al leidt Jezus’ belichaming van deze liefde in eerste instantie tot zijn dood. Deze dood wordt echter in de goddelijke liefde omgevormd tot een weg ten leven: dat is wat met Pasen aan het licht komt en sinds Pinksteren in de kracht van de Heilige Geest door de Kerk wordt verkondigd.
De dienst van de liefde
Iets van de taaie kracht van de liefde doet zich vermoeden waar temidden van alle onverschilligheid, strijd, haat en geweld die de wereld steeds weer lijken te overspoelen, liefde en genegenheid de kop blijken op te steken. De televisie en de kranten kunnen gemakkelijk een andere indruk geven, maar steeds opnieuw blijkt dat mensen tegen alle verdrukking in op tal van manieren voor elkaar zorgen, zich elkaars lot aantrekken en op elkaar betrokken gemeenschappen vormen.
Opmerkelijk velen proberen het gebod te gehoorzamen dat Jezus zijn leerlingen volgens het Johannesevangelie heeft nagelaten: ‘Dit is mijn gebod: dat jullie elkaar liefhebben’ (Johannes 15, 17). Christenen zien dit met grote dankbaarheid en zijn vervuld van eerbied voor de toewijding van degenen die zich in vaak moeilijke omstandigheden in dienst stellen van de liefde. Zij beschouwen het als een bevestiging van hun geloof dat alle mensen geschapen zijn naar het beeld en de gelijkenis van de God die liefde is.
Dienst aan de samenleving
Van tal van kanten wordt in onze samenleving geroepen om vernieuwing van de onderlinge betrokkenheid, om versterking van de sociale cohesie. De Kerk ziet het als haar taak verbondenheid tussen mensen te bevorderen. Waar van haar gevraagd of stilzwijgend verwacht wordt dat zij een bijdrage levert aan een meer betrokken en solidaire samenleving, zal zij dat naar vermogen en van harte doen. De dienst van de liefde aan allen en alles hoort tot de kerntaken van christengelovigen en barmhartigheid doen is hun centrale missie.
De Kerk kan zich hierbij echter nooit in dienst stellen van een overheid of een bestuurlijke instantie, een politiek programma en of een beleidskader. Gelovig gesproken is er maar één agenda: die van de God van liefde en barmhartigheid. Naar katholieke overtuiging is geen overheid gerechtigd en geen wet gemachtigd mensen van het doen van barmhartigheid en de dienst van de liefde af te houden. De opdracht tot barmhartigheid en liefde stamt immers van de God van hemel en aarde, de Heer van de geschiedenis en de Behoeder van de kosmos. Hem alleen komt alle eer toe.
Blijde Boodschap
De Blijde Boodschap van het christelijk geloof is dat Gods liefde en barmhartigheid altijd bij ons blijft en ons nooit verlaat. Niet in situaties die zijn getekend door geluk, gezondheid en een wenkend perspectief, maar ook niet in armoede en ziekte, eenzaamheid en onzekerheid, lijden en dood. Hij is ons nabij als Schepper en Verlosser van ons leven en van de hele kosmos. Daarom is geen bestaan hopeloos, geen situatie uitzichtloos, geen leven waardeloos.
Deze boodschap is, in tijden van onzekerheid en verwarring, van moedeloosheid en machteloosheid, naar onze overtuiging nog altijd bij uitstek Goed Nieuws.
Utrecht, 22 februari 2012
De Nederlandse bisschoppen