Lezing “De toekomst van de oecumene”
De Willibrordlezing van april werd gehouden door de Groningse Bisschop mgr. dr. G. de Korte. Naast de priesterstudenten waren diakens, catechisten en pastoraal werker aanwezig die de laatste jaren hun zending hadden ontvangen, alsmede enkele gasten die gekomen waren om de aanstellingen bij te wonen en de uitreiking van de baccalaureaatsdiploma's.
Mgr. De Korte vertelde zijn gehoor allereerst hoezeer zijn levensloop met de oecumene verweven is: de streek waar de Bisschop opgroeide (rond Vianen, Vijfherenlanden) was al hoofdzakelijk protestants, hij maakte al spoedig deel uit van een oecumenische bijbelgroep en raakte vertrouwd met de leefwereld van de protestantse medechristenen van de Gereformeerde Bond tijdens zijn studie aan de theologische faculteit in Utrecht. Zowel zijn doctoraalscriptie (Karl Barth) als zijn promotie-onderzoek (Eduard Thurneysen) wijdde hij aan protestantse theologen. Later was hij voorzitter van de Raad van Kerken van Overijssel en was als hulpbisschop co-referent (secundus) voor de oecumene. Ook vermeldde de Bisschop de goede contacten die hij onderhoudt met de leiding van de PKN, de Oud Katholieke Kerk en de Raad van Kerken. Als diocesaan Bisschop rekent hij het tot zijn taak om de gelovigen in het spoor te houden van de grote katholieke traditie en tegelijk bruggen te bouwen naar andere christenen en uiteindelijk naar alle mensen van goede wil. Ook onderhield de Bisschop contact met kardinaal Johannes Willebrands, de Haarlemse priester die directeur was van het filosoficum van Warmond en wereldwijd een groot pionier werd van de oecumene en met ds. Hegger, de ex-priester die tientallen jaren geleden dominee werd, met name rond diens laatste boek dat een sterk verzoenend karakter draagt.
Het is de wens van de Heer zelf, geuit op de laatste avond van Zijn aardse leven, dat wij streven naar de eenheid van alle christenen: "ut unum sint". Mgr. De Korte gaf een kort historisch overzicht van de positie van de katholieken in de Nederlandse samenleving en hun verhouding tot de calvinisten en sprak over de opkomst van de Oecumenische beweging. Er lijkt momenteel een zekere moeheid te zijn ontstaan op het gebied van de oecumene en daarvoor wees de Bisschop verschillende oorzaken aan, waarbij de secularisatie, de krimp en het verlies aan kerkbesef een rol spelen. Mgr. De Korte besprak voorts kort de de redenen waarom de katholieke Kerk de gemeenschappen die uit de Reformatie voortkomen geen Kerk maar kerkelijke gemeenschap noemt. Hierbij speelt het ontbreken van de apostolische successie en het gewijde ambt een belangrijke rol. De redenen waarom geen intercommunie mogelijk is, ziet mgr. De Korte op de eerste plaats in de nauwe band tussen Eucharistie en kerkelijke communio alsmede in de visie op de Eucharistie: de blijvende werkelijke tegenwoordigheid (geen tabernakel en godslamp in een protestantse kerk) en het offerkarakter.
Wij moeten ons echter niet laten ontmoedigen, zo bepleitte de Bisschop. Met name op het gebied van geloofscommunicatie, gezamenlijke bijbelstudie en diaconie zag de Bisschop vele mogelijkheden.