Bisdom Haarlem-Amsterdam









Reactie kardinal Eijk op ‘Voltooid leven’

gepubliceerd: maandag, 17 oktober 2016

Het kabinet maakte woens­dag 12 ok­to­ber bekend dat het naast de bestaande Eutha­na­siewet een nieuwe wet wil uit­werken voor hulp bij suïcide aan mensen die hun leven ‘voltooid’ achten. Kar­di­naal Eijk, referent voor medische ethiek van de Neder­landse Bis­schop­pen­con­fe­ren­tie, rea­geert maan­dag 17 ok­to­ber in een artikel op de Opinie­pa­gina van Trouw as volgt:

Wijkt bescher­ming van het leven voor autonomie?

Afgelopen woens­dag maakte het kabinet bekend naast de bestaande Eutha­na­siewet een nieuwe wet te willen uit­werken voor hulp bij suïcide aan mensen die hun leven ‘voltooid’ achten. Het gaat om situaties waarin lij­den uit­zichtloos en ondraaglijk wordt geacht, niet van­wege een medische grond­slag, maar omdat betrok­ke­nen door verlies van dier­ba­ren, een­zaam­heid, vermin­derde mobili­teit of verlies van per­soon­lijke waar­dig­heid hun leven niet meer zin­vol vin­den en bijge­volg een persis­tente actieve wens hebben om te sterven. Daarbij denkt het kabinet vooral aan mensen op leef­tijd, overigens zon­der een leef­tijd­grens aan te geven

Met deze nieuwe wet wil het kabinet recht doen aan de autonomie van mensen. Voor deze autonomie zou de plicht om het leven te be­scher­men moeten wijken in een aantal situaties, waarin het leven voor hen­zelf geen waarde meer heeft. Deze redene­ring, het fun­dament onder de nieuwe wet, is principieel onjuist.

Voltooid leven?De autonomie van de mens is rela­tief. Zijn autonomie houdt niet in dat hij over zijn leven mag be­schik­ken. Het men­se­lijk lichaam is geen bij­koms­tige, maar een essentiële dimensie van de men­se­lijke persoon en deelt in diens essentiële waar­dig­heid, die nooit verloren gaat, ook al meent betrok­ke­ne dat dit wel het geval is. De mens is in zijn geheel, licha­me­lijk en gees­te­lijk, geschapen naar Gods beeld en gelijkenis. God en wie naar Zijn beeld geschapen zijn, zijn altijd een doel in zich en geen louter middel tot een doel. Door het leven te beëindigen om aan het lij­den een einde te maken wordt het lichaam en daar­mee de men­se­lijke persoon, gedegra­deerd tot een middel om het lij­den weg te nemen.

Dat de mens de vrij­heid heeft om zijn leven te (laten) beëindigen, ver­on­der­stelt dat de vrij­heid een hogere waarde is dan het leven. Dat is ook waar, maar het leven is wel een fun­da­men­tele waarde met betrek­king tot de vrij­heid: zon­der leven is er geen vrij­heid. De beëindi­ging van het men­se­lijk leven is tevens de beëindi­ging van de men­se­lijke vrij­heid.

De nieuwe wet die het kabinet voor ogen staat, zal in zekere zin de autonomie van mensen met een stervenswens ver­gro­ten, maar dat betreft dan de uiter­lijke autonomie, dat wil zeggen met betrek­king tot factoren die de vrij­heid van buitenaf beperken (gezags­dra­gers, wetten en sociale druk).

Maar geldt dat ook voor de inner­lijke vrij­heid? Echte, inner­lijke autonomie is de inner­lijke kracht die de mens in staat stelt om uit zich­zelf, zon­der dat het hem wordt opgelegd, moei­lijke, maar ethisch goede keuzes te maken. Dit geldt in het bij­zon­der bij de keuze om het leven voort te zetten. Die inner­lijke kracht is onge­twij­feld nodig als mensen de ongemakken en beper­kingen van de ouderdom aan den lijve ervaren.

Trouwens, ook op de verrui­ming van de externe vrij­heid valt wel het een of ander af te dingen. Als oudere mensen de moge­lijk­heid hebben om rela­tief een­vou­dig uit het leven te stappen en dat een trend zou wor­den, dan is het niet denk­beel­dig dat zij zich onder druk gezet voelen om van die moge­lijk­heid dan ook maar gebruik te maken. Wie een ‘kosten­post’ wordt voor de ge­zond­heids­zorg, zou zich bijna schul­dig gaan voelen, als hij desondanks zijn leven zou willen voor­zet­ten.

Kortom, de plicht om het leven te be­scher­men moet niet wijken voor het respect voor de autonomie.

+ Willem Jacobus kar­di­naal Eijk
Referent voor medische ethiek
namens de Neder­landse Bis­schop­pen­con­fe­ren­tie

(bron: SRKK)





Bisdom Haarlem - Amsterdam • Postbus 1053 • 2001 BB  Haarlem • (023) 511 26 00 • info@bisdomhaarlem-amsterdam.nlDisclaimerDeze website is gerealiseerd door iMoose