Bisdom Haarlem-Amsterdam









‘De jeugd is luid, lacht echt en is aanwezig’

Hernieuwde interesse in het religieuze leven

gepubliceerd: maandag, 8 februari 2016
foto: Marthy Koenis
De novicen en postulante van de Karmelietessen in Vogelenzang.
De novicen en postulante van de Karmelietessen in Vogelenzang.

Het feest van de ‘opdracht van de Heer in de tempel’, in de volksmond beter bekend als ‘Maria Licht­mis’, en de ‘inter­na­tio­nale Dag van de reli­gi­euzen’ mar­keer­den dit jaar tevens het einde van het Jaar van het God­ge­wijde leven. De afgelopen maan­den werd het belang van het reli­gi­euze leven in de Kerk we­reld­wijd onder de aan­dacht gebracht.

In SamenKerk is vorig jaar in meer­dere edities aan­dacht besteed aan dit ker­ke­lijke thema­jaar. Met Zr. Elvira Maria de Wit en Abt Gerard Mathijsen kijken we vooruit, naar de toe­komst van het reli­gi­euze leven in Egmond en Vo­ge­len­zang. Deze ge­meen­schappen tellen op dit moment ieder drie novicen. Een unieke situatie.

Renovatie

‘Bij de ope­ning van ons klooster en de inwij­ding van de klooster­ka­pel begin april 2014 na een grote renovatie zei een jour­na­list van RTV-NH, die er een item over maakte, dat hij verwachtte dat er binnen een jaar toe­tre­dingen zou­den zijn. Dat was zes maan­den later al het geval, in no­vem­ber van het­zelfde jaar, toen drie jonge vrouwen zich aanmeld­den en be­gon­nen met hun proef­jaar’, zegt Zr. Elvia Maria. Achteraf bekeken, con­clu­deert de zuster, was de ver­bou­wing essentieel. Het was een teken van de vitali­teit van de ge­meen­schap, en van ver­trouwen in de toe­komst, zodat de nieuwe aanwas moge­lijk werd.

De novicen, postulant en geïnteresseerden samen met de abt van de Abdij van Egmond
De novicen, pos­tu­lant en geïn­te­res­seer­den
samen met de abt van de Abdij van Egmond

Abt Mathijsen is het hier mee eens. In 2008-2010 werd de Abdij volle­dig ver­bouwd en wer­den er nieuwe ruimtes aan­ge­bouwd. Sindsdien kent de Bene­dic­tijner abdij weer belang­stel­ling van (jonge) mannen die bij de broe­ders willen intre­den. ‘De ver­bou­wing was bedoeld om de hui­dige ge­meen­schap van broe­ders en paters facili­teiten te bie­den bij het ouder wor­den. Maar het bleek achteraf ook een impuls voor toe­tre­dingen. Nu gaan onze gedachten weer naar uit­bou­wen van­wege de toe­stroom. Is er straks wel voldoende ruimte in het klooster? Afbouwen is weer opbouwen gewor­den. En dat is absoluut een ander gevoel.’, aldus de Abt.

Jeug­dige invloed

De komst van jon­gere broe­ders en zusters heeft toch wel gevolgen voor de ge­meen­schap en de oudere gene­ra­ties. ‘De jeugd is luid, lacht echt en is aanwe­zig’, zegt Zr. Elvira Maria met haar bekende glim­lach. ‘Ze rennen de trap op bij­voor­beeld, wat eigen­lijk niet de bedoeling is. Daar moesten de oudere zusters in onze ge­meen­schap aan wennen. De sfeer in het klooster is ook echt veran­derd. We hebben in Vo­ge­len­zang nu meer zusters in vor­ming dan geprofeste zusters.’ Maar Zr. Elvira Maria ziet ook vele po­si­tie­ve kanten, want sinds de komst van de jon­gere zusters heeft ze gemerkt dat Zr. Teresita (91) als het ware opfleurt.

Zr. Elvia Maria de Wit

Zr. Elvia Maria de Wit (51) is sinds 2012 provinciaal van de Karme­lie­tes­sen. De ge­meen­schap in Vo­ge­len­zang telde op 1 februari zeven zusters, waar­van twee novicen (op 8 de­cem­ber 2015 was hun zogeheten inkle­ding) en één pos­tu­lante (die 6 januari is gestart). De jongste zuster is 26 jaar en de oudste is 91 jaar. Op 7 de­cem­ber is Casa Carmeli in Vo­ge­len­zang, dat sinds 1998 geen nieuwe intre­dingen meer kende, verheven tot noviciaat en wer­den er twee novicen ingekleed.

Karme­lie­tes­sen van het God­de­lijk Hart van Jezus
Bekslaan 9-11, 2114 CB VOGELENZANG
Tel. 023 - 5848441
info@carmeldjc.nl / www.carmeldjc.nl

In­for­ma­tie over toe­tre­ding:
Zr. Elvira Maria de Wit

Abt Mathijsen: ‘De nieuwe broe­ders hebben zeker een po­si­tie­ve invloed op de oudere broe­ders. Ze geven hen aan­dacht en zorg. Zo wordt een van onze oudste broe­ders in zijn rol­stoel steeds gehaald en gebracht. Hij is daardoor weer meer bij de ge­meen­schap betrokken. Ook voor de broe­ders van tussen de 40 en 50 jaar is er wat veran­derd met de komst van de jon­gere novicen. Zij zijn niet meer de jongsten. Ze slaan zelf nu ook meer hun vleugels uit en krijgen ook de rol van weg­wij­zers in het monas­tieke leven.’ Maar Mathijsen noemt nog een ander posi­tief gevolg van de komst van nieuwe broe­ders: ‘Een tijd gele­den had­den we een professie­feest. Een groep broe­ders heeft toen een concertje geor­ga­ni­seerd. Dat was in jaren niet gebeurd. Novicen doen iets leuks bij een feestje, dat gebeurde anders nooit.’

Beide oversten stellen vast dat door de komst van novicen de focus wat is ge­wij­zigd. Als overste denk je na over de toe­komst. Veel kloosters nemen de status van sterfhuis voor lief. Dat is nu anders. Abt Mathijsen: ‘Ik durf nu ook meer aan. Want er kan wat meer.’ Zr. Elvira Maria vult aan: ‘Uit­ein­de­lijk is dit alles niet ons werk, wij zijn slechts instru­menten. In essentie is dit het werk van God. Maar opbouwen is zeker leuker dan afbouwen. Ik word soms de bouwzuster genoemd, analoog aan de bouw­pas­toor van vroe­ger.’

De jeugd

De jon­ge­ren die zich aanmel­den, zijn jon­ge­ren van deze tijd. Ze hebben een smart phone, zitten op facebook enz. Dat is niet iets wat past bij een novice, van wie verwacht wordt dat hij of zij zich losmaakt van de wereld om zich te richten op het kloosterleven. Toch kun je de novicen niet verbie­den om te emailen, vin­den ze allebei. ‘Vroe­ger mocht je als novice niet het klooster uit en mocht je maan­de­lijks één brief schrijven naar huis. Dat is nu toch wel wat anders, hoewel novicen in beginsel wel binnen blijven. Ze moeten immers het bij­zon­dere leven van een monnik eigen maken’, aldus Abt Mathijsen.

Anders dan vroe­ger is dikwijls het gebrek aan reli­gi­euze kennis van de jon­ge­ren. Zr. Elvia Maria: ‘Vaak komen ze zon­der enige kennis over ons geloof. Ze willen Jezus navolgen maar wie Jezus is, is vaak niet echt bekend. Hetzelfde geldt voor het ker­ke­lijk leven. Jonge mensen in het alge­meen hebben sowieso weinig cateche­tische kennis. Maar de hon­ger naar reli­gi­euze zin­ge­ving is groot en de aspirant-zusters zijn zeer leergierig.’

Over vijf jaar

Abt Gerard Mathijsen OSB

Abt Gerard Mathijsen (78) is sinds 1984 abt van de Abdij van Egmond. De abdij behoort tot de Orde van de Bene­dic­tijnen en telde op 1 februari 18 paters en broe­ders, waar­van twee novicen en één pos­tu­lant (en er zijn op dit momenten meer­dere geïn­te­res­seer­den). De jongste monnik is 23 jaar en de oudste 96 jaar. De afgelopen periode kende de abdij met regelmaat belang­stel­ling van in­di­vi­duele aspirant-monniken, maar deze groep is de grootste sinds vele jaren.

Bene­dic­tijner Abdij St. Adelbert
Abdijlaan 26, 1935 BH EGMOND-BINNEN
Tel. 072 - 5061415
www.abdij­vanegmond.nl

In­for­ma­tie over toe­tre­ding:
Br. Beda (abdijroe­ping@gmail.com)

Hoe ziet het klooster in Egmond of Casa Carmeli in Vo­ge­len­zang er uit over vijf jaar? Abt Mathijsen glim­lacht: ‘Dan ben ik vast geen abt meer en is er moge­lijk een nieuwe. Ik verwacht dat de ge­meen­schap ver­jongd is. En dat er tussen de vijf en tien novicen zijn.’ Zr. Elvira Maria: ‘Dan loopt ons zorgho­tel en zijn onze zusters actief met hun apos­to­laat. En dat naast onze con­tem­pla­tieve kant. Ik verwacht de ko­men­de tijd meer intre­dingen vanuit de jon­ge­ren­groep die we hebben, van mei­den die naar onze roe­pingen­week­enden komen.’

De zuster gaat ver­der. ‘Ik voorspel nieuwe, po­si­tie­ve dingen voor de Kerk. In veel pa­ro­chies wordt somber ge­spro­ken over jon­ge­ren en hun afwe­zig­heid in de Kerk. Maar ik heb een ander beeld. Ik ontmoet jon­ge­ren die met eerbied omgaan met de li­tur­gie, het gebed en de Bijbel. Met hen kunnen we weer beginnen en ze nemen de ouderen mee. Ik zie de toe­komst posi­tief.’

Al pratende komt het gesprek over het kloosterleven zelf en dat het niet voor iedere nieuweling een geschikte levens­ver­vul­ling is. Beide kloosteroversten zijn het er over eens dat het kloosterleven niet een­vou­dig is. Zr Elvira Maria: ‘Toen ik novice was, ver­telde mij iemand dat de mensen binnen de kloostermuren sterker moeten zijn dan daar­bui­ten. Ik heb dat altijd ont­hou­den.’ ‘Klopt,’ zegt Abt Mathijsen, ‘het leven in een klooster is niet mak­ke­lijker. Iedere dag is altijd het zelfde. Je leeft in een besloten ge­meen­schap met ver­schil­lende karakters. Ook daardoor kom je jezelf en je zwakke kanten on­her­roe­pe­lijk tegen.’ In deze tijd van hernieuwde belang­stel­ling voor hun levens­keuze, staan ze voor bij­zon­dere uit­dagingen. De vreugde van jonge aanwas straalt dui­de­lijk ook af op de abt en de provinciaal, die voor hen verant­woor­de­lijk zijn.

(dit artikel heeft ook in editie februari 2016 van SamenKerk gestaan)




Bisdom Haarlem - Amsterdam • Postbus 1053 • 2001 BB  Haarlem • (023) 511 26 00 • info@bisdomhaarlem-amsterdam.nlDisclaimerDeze website is gerealiseerd door iMoose