De keuzevrijheid, in de tegenwoordige keuzemaatschappij groter dan ooit, vindt altijd plaats binnen de context van goed en kwaad, zo benadrukken de bisschoppen: “Het maken van keuzes is ten diepste voortdurend de vraag beantwoorden of wij kind van God willen zijn en ons steeds weer tot Hem willen bekeren.”
“Zulke verhalen kunnen jaloers maken”, schrijven de bisschoppen, die opmerken dat in de meeste mensenlevens bekering als een “voortdurend proces van vallen en opstaan verloopt; een kronkelige zig-zag koers die ons soms dichter bij God brengt en soms verder van Hem af”. Gelukkig blijft Gods uitnodiging tot bekering niet beperkt tot “één moment van de waarheid”, stelt de Vastenboodschap: “Bekering is een dagelijkse opgave.”
Bekering vraagt dus “nadenken over ons leven en de keuzes die wij daarin maken”. Maar het vraagt óók om aandacht voor structuren van onrecht in de samenleving en de wereld, en dat betekent “ons niet neerleggen bij het kwaad en de zonde die zich manifesteren in de wereld om ons heen”, aldus de bisschoppen.
Voorleesbrief Veertigdagentijd 2006Ons dagelijks leven bestaat uit het voortdurend maken van keuzes. Het kunnen kiezen uit een zo breed mogelijke waaier aan kleuren en smaken, wordt in onze samenleving steeds belangrijker gevonden. Maar waar laten we ons eigenlijk door leiden bij het maken van al die keuzes? Zijn onze keuzes alleen vruchten van onze vrijheid om ons eigen leven in te richten of ook verbonden met onze verantwoordelijkheid voor anderen? En laten we God toe in onze afwegingen? Op deze en andere vragen gaan wij in onze Vastenbrief in.De veelheid aan keuzes die we kunnen maar ook moeten maken, heeft voor veel mensen iets overweldigends. Dagelijks spoelt er een stortvloed aan informatie over ons heen. Het lijkt alsof wij er moeiteloos mee omgaan, alle informatie keurig ordenen en steeds weloverwogen beslissingen nemen. Toch raken veel mensen rusteloos van het voortdurend draaiende grote keuzerad. Zij zitten helemaal niet te wachten op steeds meer nieuwe keuzes; uit nog meer televisiekanalen, vakantiebestemmingen en zorgverzekeringen. Mensen zien ook dat sommige keuzes helemáál niet vrij zijn en ingegeven door commerciële motieven. De motor van de economie zou tot stilstand komen wanneer wij niet meer gevoelig zouden zijn voor de nieuwste snufjes, technieken en modetrends. Tegelijk zijn er veel mensen die, uit financiële nood, weinig of niets te kiezen hebben. In een samenleving die voortdurend roept om meer te consumeren, worden zij steeds geconfronteerd met hun onvermogen om in die economische mallemolen mee te draaien. Bovendien werkt de huidige keuzemaatschappij een steeds vrijblijvender zapcultuur in de hand. Bestendige beslissingen en begrippen als trouw en volharding wringen met een cultuur waarin alles draait om vrijheid, verandering en vernieuwing. De Veertigdagentijd is bij uitstek een moment om stil te staan bij de grote en kleine keuzes die wij voortdurend maken. Het is een tijd voor reflectie en bezinning. Een tijd ook om heel concreet bezig te zijn met ons doen én laten. Veel mensen denken bij vasten vooral aan het laatste; aan het afzien van eten en drinken of andere gewoonten. Maar het vasten is geen wedstrijd, geen religieus dieet. Vasten is ruimte maken, ruimte voor onszelf, ruimte voor anderen en vooral ruimte voor God. Vasten is geven en opgeven om zo te ontvangen. De menselijke keuzevrijheid vindt altijd plaats binnen de context van goed en kwaad, van zonde en genade, van toewending tot en afwending van God. Het maken van keuzes is ten diepste voortdurend de vraag beantwoorden of wij kind van God willen zijn en ons steeds weer tot Hem willen bekeren. ‘Bekering’ is daarom een kernbegrip in het christelijke geloof. Bekering staat ook centraal in de Vastentijd, als een tijd van genade waarin Gods uitnodiging om ons steeds opnieuw tot Hem te keren nog luider klinkt. In de liturgie van Aswoensdag wordt deze oproep tot bekering verwoord door de profeet Joël: “Scheurt uw hart en niet uw kleren, keer terug tot de HEER, uw God, want genadig is Hij en vol liefde, en Hij heeft spijt over het onheil.” En in het Evangelie dat op de eerste zondag in de Veertigdagentijd klinkt, horen we de woorden van Jezus Christus: “De tijd is vervuld en het Rijk Gods is nabij; bekeert u en gelooft in de Blijde Boodschap” (Mc 1, 15). In de Heilige Schrift, maar ook in de getuigenissen van de heiligen van alle eeuwen, krijgt het begrip bekering vaak met een zekere dramatiek gestalte. De stem van God, een visioen of een diep ingrijpende ervaring maken dat mensen zich van het ene op het andere moment bekeren. In de Bijbel staat het bekende verhaal van Saulus die, onderweg naar Damascus, de stem van Jezus Christus hoorde en in plaats van christenvervolger apostel werd. Maar soms neemt een bekeringsproces een geruime tijd in beslag, zoals bij Augustinus en Ignatius van Loyola. In hun leven vormden meerdere heldere momenten van Gods richtinggevende aanwezigheid de grondslag van hun bekering. Zulke verhalen kunnen jaloers maken. Het lijkt zo veel makkelijker wanneer God zich duidelijk aan ons zou manifesteren. In de meeste mensenlevens echter verloopt bekering als een voortdurend proces van vallen en opstaan; een kronkelige zig-zag koers die ons soms dichter bij God brengt en soms verder van Hem af. Waarom wil ik steeds het goede doen, maar bezwijk ik toch zo vaak voor het kwade, vroeg de apostel Paulus zich al af (vgl. Romeinen 7, 19-23). Voor velen van ons zal dat zeer herkenbaar zijn. Gelukkig blijft Gods uitnodiging om ons te bekeren niet tot één “moment van de waarheid” beperkt. Gods genadevolle uitnodiging om ons te bekeren, gaat hand in hand met Zijn grenzeloze barmhartigheid wanneer wij er niet, nog niet of niet helemaal in slagen om het kwade los te laten en ons leven volledig op Hem in te richten. Bekering is een dagelijkse opgave. ‘Bekering’ vraagt allereerst om onze relatie met God te herijken, om in vrijheid voor God te kiezen. Door ons gebed, door een actievere deelname aan de sacramenten en door geconcentreerd stil te staan bij de vraag of en hoe God een plaats heeft in ons doen en laten. Mogen wij daarbij de confrontatie met onszelf niet uit de weg gaan. Met name in het sacrament van boete en verzoening dwingen wij ons onszelf een spiegel voor te houden en ons falen en feilen te benoemen. In deze sacramentele ontmoeting met de levende Heer mogen wij ervaren dat ons tekortschieten niet het laatste woord heeft, maar teniet wordt gedaan door Gods verzoening in Christus Jezus, die ons vergeving wil schenken. ‘Bekering’ vraagt nadenken over ons leven en de keuzes die wij daarin maken. In de vastentijd kunnen we dat concreet maken door gedurende een periode welbewust ándere keuzes te maken. Dat maakt de vasten niet tot een grauwe en dorre tijd. Integendeel! Bekering is leven in Gods Geest. De vruchten van die Geest zijn “liefde, vreugde, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtheid en ingetogenheid” (Galaten 5, 22). Het zijn sleutelwoorden die ons in de vastentijd iedere dag op de weg van Jezus Christus zetten én ons helpen om na te gaan of wij metterdaad in Zijn Geest leven. ‘Bekering’ is niet alleen stil staan bij ons dagelijkse doen en laten. Het vraagt ook om aandacht voor structuren van onrecht in onze samenleving en onze wereld. Ook de samenleving heeft bekering nodig én mensen die de weg banen voor Gods gerechtigheid en vrede. Het lot van mensen die het minder hebben, laat de meesten in onze samenleving zeker niet onverschillig. De moderne compassie krijgt wel steeds meer weg van een kortstondige, emotionele impuls. De gevolgen van een natuurramp kunnen een grote golf van solidariteit en vrijgevigheid teweeg brengen. Maar laten wij het tot ons doordringen dat iedere dag 30.000 kinderen overlijden aan honger en ziekte? Dat de armoede in de wereld nog steeds alleen maar toeneemt? Natuurlijk is het benoemen van deze problemen gemakkelijker dan ze op te lossen. Maar wanneer we serieus werk willen maken van onze bekering, van onze navolging van Christus, dan kunnen en mogen we ons niet neerleggen bij het kwaad en de zonde die zich manifesteren in de wereld om ons heen. Kiezen voor God is niet alleen een opgave, maar ook een genadegave waarin wij geluk, vrede en liefde mogen ervaren. Kiezen voor God maakt ons leven niet minder maar meer waardevol. Wij wensen u van harte toe dat de Veertigdagentijd voor u een tijd van concentratie en aandacht voor de kwaliteit van uw leven zal zijn. Wij hopen dat u op het spoor komt van God en in zult gaan op Zijn uitnodiging tot bekering. Moge deze vastentijd zo vruchtbaar zijn en een goede voorbereiding op het Paasfeest, waarin wij Jezus Christus ontmoeten als de levende Heer. De bisschoppen van Nederland |
Persdienst Bisdom Haarlem / Wim Peeters |
Voor het laatst gewijzigd: |