Haarlemse processie in teken van oecumene | 6 juni 2005 |
De zingende stoet van 600 gelovigen werd voorafgegaan door het processiekruis en een drietal Maria-vaandels. Daarachter volgde de harmonie Spaarnebazuin, die met processieliederen de pas erin hield. Een vijftiental kleine kindertjes van de St Josephkerk ondervond geen problemen met de avondtocht, ver voorbij bedtijd. Het Gregoriaanse gezang tijdens de tocht werd verzorgd door de leden van de eigen Schola Cantorum van de St Jospehkerk en een delegatie van het Bavokoor van de kathedrale basiliek St Bavo. Achter hen liepen tien overwegend jonge religieuze broeders en zusters mee van verschillende congregaties die in Nederland vertegenwoordigd zijn. Een Maria-icoon van de Slavisch-Byzantijnse traditie werd geflankeerd door zes misdienaartjes, die elk een noveenkaars droegen. Daarachter liep een twintigtal priesters en diakens uit dekenaat en bisdom in kazuifel of stola, direct gevolgd door een prachtig versierde draagbaar met het jarige genadebeeld, die werd gedragen door een viertal nationale marathonschaatsers, waaronder de broer van de pastoor van de St Josephkerk. Achter de baar werd de kop van de processie afgesloten door bisschop Punt van Haarlem, deken Cassée van het dekenaat Haarlem/Beverwijk en pastoor Niesten van de regio Haarlem Centrum-Oost, waar de St Josephkerk deel van uitmaakt.
In het voetspoor van het Mariabeeld en de bisschop volgden de pelgrims, onder wie een Surinaams koor en een zanggroep van de Neo-catechumenale Weg, op een tocht die voerde langs zeven halteplaatsen. Bij het bisschoppelijk paleis hield de stoet stil om te bidden voor de nieuwe Paus en de leiders van de kerk. Bij het Hofje van Oorschot (het voormalige armenhuis) in de Kruisstraat werd gebeden voor steun en hulp aan de armen en behoeftigen in deze tijd. Het Stadhuis op de Grote Markt was de plaats om voor de wereldlijke leiders te bidden. Bij de Guldenbergse poort in de Houtstraat -in de Middeleeuwen een poort naar het toenmalige Karmelietenklooster- werd gebeden om gemeenschapszin in de huidige geïndividualiseerde samenleving.
Fotoreportage: www.steefpardoen.nl
| Klik op de illustratie voor een uitgebreide fotoreportage door Steef Pardoen.
| |
De protestante Grote of St Bavokerk bood als vijfde statie een open deur aan de katholieke processie. Letterlijk trok de stoet door deze prachtige kerk. Dominee Witteveen verwelkomde de processiegangers en attendeerde hen op dit historische moment. Ook burgemeester Pop van Haarlem en zijn vrouw waren getuigen van deze bijzondere gebeurtenis voor de stad. De dominee riep iedereen op tot voortzetting van de zoektocht naar eenheid onder de christenen. Pastoor Niesten sprak zijn dankbaarheid uit voor de genereuze gastvrijheid van de Protestante Gemeente en bood een herdenkingskaars aan. De korte plechtigheid werd voortgezet met een gebed om eenheid door de bisschop en werd afgesloten met het oecumenisch Onze Vader en orgelspel.
Als zesde statie werd de Waalse kerk op het Begijnhof aangedaan, die helaas geen ruimte kon bieden aan alle 600 processiegangers. Een delegatie uit de stoet, aangevoerd door de bisschop, werd door dominee Geense Ravenstein van de Waalse Gemeente zeer hartelijk welkom geheten. Het Mariabeeld werd voor een kort moment na 500 jaar teruggeplaatst in het voormalige Begijnenkerkje, waar het op 2 juni 1505 door een wijbisschop was ingewijd. Ook hier was er voor de gemeente een gedachteniskaars uit dankbaarheid.
De processie eindigde rond 21.00 uur in de St Josephkerk, waar de kerkbanken als vanouds gevuld waren toen alle pelgrims er een plaatsje hadden gevonden. Hieronder ook een groep jongeren van de Neocatechemunale Weg die onderweg het gezang met hun gitaren en percussie hadden begeleid. Na afloop van een inspirerende processie werd Maria van Haarlem onder luid gezang weer teruggeplaatst in haar eigen kapel aan de Jansstraat.
Tijdens de plechtige H.Mis in de ochtend, waarin de oud-hulpbisschop Mgr. Lescrauwaet van Haarlem voorging, wees de emeritusbisschop de 500 kerkgangers erop dat er bij zijn weten geen formele wonderen aan dit beeldje zijn toegeschreven, maar dat de Haarlemmers hun noden toch zeker niet 500 jaar aan Maria van Haarlem zouden hebben toevertrouwd als hun gebeden niet af en toe verhoord zouden zijn. De feestelijke viering werd afgesloten met de kroning van het beeld met ornamenten die goeddeels bekostigd zijn uit spontane giften van parochianen. (St.Josephparochie).
Zie ook de website van de Josephkerk: www.josephkerk-haarlem.nl
Persdienst Bisdom Haarlem / Wim Peeters |
Voor het laatst gewijzigd: |